

Het ontbijt maakt veel goed: TAART. Deze kok is gek op taarten bakken want dit is geloof ik al nummer 4. Niet erg; inmiddels lusten we bijna niets meer en die taart gaat er wel goed in. Ik krijg weer een spontane bloedneus. Dat kan er ook wel bij.

De tocht gaat over de morenen richting het basiskamp van de Amphu Lapse pas. Iedereen denkt dat het een kort dagje wordt met een gering hoogteverschil. Dat laatste klopt, maar dat eerste niet. Het terrein is best lastig, vanwege de grote keien en glibberige sneeuw. Maar wat een uitzicht. We proberen te zien waar we morgen de bergrug over moeten. Uiteindelijk zien we waar het moet zijn en dat lijkt een onmogelijke klim. Maar ja, er moet een doorgang zijn. En morgen zien we wel weer.
Op de kampplek ruikt het naar kerosine. Duidelijk het spoor van de Duitser en de Pool. Aan de rest van het landschap zie je nauwelijks dat dit een kampplek is. Er ligt wel hier en daar afval.

Ons afval wordt verzameld en verbrand. Andere groepen nemen het wat minder nauw met het uitwissen van de sporen. Ik ben blij dat hier maar heel weinig mensen (kunnen) komen. Dan blijft het hier tenminste netjes.

No comments:
Post a Comment